Pte
William Artingstall
Informatie over geboorte
Algemene Informatie
|
Laatst gekende woonplaats: Blackpool, Lancashire, Engeland, Verenigd Koninkrijk |
Informatie legerdienst
|
Land: Verenigd Koninkrijk |
|
Strijdmacht: British Expeditionary Force |
|
Rang: Private |
|
Service nummer: 351467 |
|
Dienstneming plaats: Ashton-under-Lyne, Greater Manchester, Engeland, Verenigd Koninkrijk |
|
Eenheden: — Manchester Regiment, 2nd/9th Bn. (Laatst gekende eenheid) |
Informatie over overlijden
|
Datum van overlijden: 09/10/1917 |
|
Plaats van overlijden: Waterfields, Passendale, België |
|
Doodsoorzaak: Killed in action (K.I.A.) |
Begraafplaats
|
Tyne Cot Cemetery Plot: XXIV Rij: B Graf: 21 |
Onderscheidingen en medailles 2
|
British War Medal Medaille |
|
Victory Medal Medaille |
Points of interest 4
| #1 | Geboorteplaats | ||
| #2 | Laatst gekende woonplaats | ||
| #3 | Dienstneming plaats | ||
| #4 | Plaats van overlijden (bij benadering) |
Mijn verhaal
William Artingstall werd geboren in Ashton-under-Lyne, Greater Manchester, Engeland, waar hij zich later aanmeldde voor zijn legerdienst bij de British Expeditionary Force. Samen met zijn vrouw Gertrude Annie Artingstall woonde hij voor de oorlog echter in Blackpool, Lancashire, Engeland. Tijdens de oorlog diende William in het 2/9th Battalion Manchester Regiment (198th Brigade, 66th (2nd East Lancashire) Division).
Op dinsdag 9 oktober 1917 vond de Slag bij Poelkapelle, een veldslag die deel uitmaakte van de Slag bij Passendale, plaats. Deze slag markeerde het einde van de reeks van succesvolle Britse aanvallen eind september – begin oktober, onder andere ten gevolge van het slechte weer begin oktober waardoor de grond veranderde in een modderpoel. Door het slechte weer en de modderige grond waren velen al snel uitgeput en was het onmogelijk om voldoende artilleriemunitie aan te voeren om de Britse opmars te ondersteunen.
De dag voordien, op 8 oktober 1917, begon de mars naar de startposities van de aanval. Vanwege de hevige regen, de slechte omstandigheden om te marcheren en de extreme moeilijkheden voor de troepen om alle gevechtsuitrusting te dragen vanwege de modder, bereikten ze de verzamelplaats later dan verwacht. De kop van de colonne bereikte de positie rond 2 am op 9 oktober 1917, maar de informatie werd pas om 4.45 am ontvangen dat de opstelling voltooid was.
De 66th Division viel aan met de 197th Brigade en de 198th Brigade. Deze brigade viel aan met het 2/9th Battalion Manchester Regiment en het 2/4th Battalion East Lancashire Regiment; het 2/5th Battalion East Lancashire Regiment diende ter ondersteuning en het 2/10th Battalion Manchester Regiment diende ter reserve. Om 5.20 am opende het Britse spervuur en 4 minuten later rukte het 2/9th Battalion achter het spervuur op in de richting van het eerste doel, van Heine House en Augustus Wood tot Waterfields. Maar omdat ze gehinderd werden door modder en een aantal verlaten loopgraven op de lagere hellingen boven de Ravebeek, de aanvallende troepen kwamen onder machinegeweervuur te liggen vanaf Bellevue aan de overkant van de vallei. Om 5.30 pm lieten de Duitsers verschillende spervuurgranaten vallen en deden een tegenaanval op de Britse linie, maar niet met grote kracht. Daarom werd deze tegenaanval afgeslagen door het 2/5th Battalion East Lancashire Regiment met artillerieondersteuning en klein vuur. Het uiterst rechtse deel van de linie van het 2/9th Battalion ging vooruit naar Heine Houses in een poging contact te houden met de 197th Brigade, die terug was gevallen naar de Augustus Wood linie. Het hoofdkwartier van het bataljon werd links van de Britse linie opgesteld. Ze slaagden erin zich tegen de Duitse tegenaanval te verzetten zonder terrein prijs te geven. Het bataljon behield de frontlinie totdat ze werden afgelost. De Divisie stond ook in contact met de 2nd Australian Division en de 49th Division aan de flanken.
Op deze dag stierf William Artingstall tijdens de Slag bij Poelkappelle. Hij overleed in de buurt van Waterfields. William ligt begraven op Tyne Cot Cemetery (perceel XXIV, rij B, graf 21). Bovendien ontving hij postuum de British War Medal en de Victory Medal.
Op dinsdag 9 oktober 1917 vond de Slag bij Poelkapelle, een veldslag die deel uitmaakte van de Slag bij Passendale, plaats. Deze slag markeerde het einde van de reeks van succesvolle Britse aanvallen eind september – begin oktober, onder andere ten gevolge van het slechte weer begin oktober waardoor de grond veranderde in een modderpoel. Door het slechte weer en de modderige grond waren velen al snel uitgeput en was het onmogelijk om voldoende artilleriemunitie aan te voeren om de Britse opmars te ondersteunen.
De dag voordien, op 8 oktober 1917, begon de mars naar de startposities van de aanval. Vanwege de hevige regen, de slechte omstandigheden om te marcheren en de extreme moeilijkheden voor de troepen om alle gevechtsuitrusting te dragen vanwege de modder, bereikten ze de verzamelplaats later dan verwacht. De kop van de colonne bereikte de positie rond 2 am op 9 oktober 1917, maar de informatie werd pas om 4.45 am ontvangen dat de opstelling voltooid was.
De 66th Division viel aan met de 197th Brigade en de 198th Brigade. Deze brigade viel aan met het 2/9th Battalion Manchester Regiment en het 2/4th Battalion East Lancashire Regiment; het 2/5th Battalion East Lancashire Regiment diende ter ondersteuning en het 2/10th Battalion Manchester Regiment diende ter reserve. Om 5.20 am opende het Britse spervuur en 4 minuten later rukte het 2/9th Battalion achter het spervuur op in de richting van het eerste doel, van Heine House en Augustus Wood tot Waterfields. Maar omdat ze gehinderd werden door modder en een aantal verlaten loopgraven op de lagere hellingen boven de Ravebeek, de aanvallende troepen kwamen onder machinegeweervuur te liggen vanaf Bellevue aan de overkant van de vallei. Om 5.30 pm lieten de Duitsers verschillende spervuurgranaten vallen en deden een tegenaanval op de Britse linie, maar niet met grote kracht. Daarom werd deze tegenaanval afgeslagen door het 2/5th Battalion East Lancashire Regiment met artillerieondersteuning en klein vuur. Het uiterst rechtse deel van de linie van het 2/9th Battalion ging vooruit naar Heine Houses in een poging contact te houden met de 197th Brigade, die terug was gevallen naar de Augustus Wood linie. Het hoofdkwartier van het bataljon werd links van de Britse linie opgesteld. Ze slaagden erin zich tegen de Duitse tegenaanval te verzetten zonder terrein prijs te geven. Het bataljon behield de frontlinie totdat ze werden afgelost. De Divisie stond ook in contact met de 2nd Australian Division en de 49th Division aan de flanken.
Op deze dag stierf William Artingstall tijdens de Slag bij Poelkappelle. Hij overleed in de buurt van Waterfields. William ligt begraven op Tyne Cot Cemetery (perceel XXIV, rij B, graf 21). Bovendien ontving hij postuum de British War Medal en de Victory Medal.
Bronnen 5
|
2/9 Battalion Manchester Regiment war diary (The National Archives, KEW (TNA), WO 95/3141/7). http://nationalarchives.gov.uk Gebruikte bronnen |
|
British Army World War I Medal Rolls Index Cards, 1914-1920 (The National Archives, Kew (TNA), WO372). https://www.nationalarchives.gov.uk/ Gebruikte bronnen |
|
McCarthy, Chris. Passchendaele: The Day by Day Account (Londen: Arms & Armour Press, 1995), p. 122. Gebruikte bronnen |
|
Soldier's Effects records (National Army Museum, Chelsea (NAM) 1901-60; NAM Accesion Number: 1991-02-333). https://www.nam.ac.uk/ Gebruikte bronnen |
|
War Office and Air Ministry: Service Medal and Award Rolls, First World War (the National Archives, Kew (TNA), WO 329). https://www.nationalarchives.gov.uk/ Gebruikte bronnen |
Meer informatie 3
|
Commonwealth War Graves Commission Database https://www.cwgc.org/find-records/find-war-dead/casualty-details/461765 |
|
Lives of the First World War (Imperial War Museum) https://livesofthefirstworldwar.iwm.org.uk/lifestory/73650 |
|
Namenlijst (In Flanders Fields Museum) https://namenlijst.org/publicsearch/#/person/_id=b0b11adb-07f4-46b4-9e4d-d4c9d45c91ce |