Lt Col
Edward Langley Bowring

Informatie over geboorte

Geboortedatum:
11/09/1882
Geboorteplaats:
Derby, Derbyshire, Engeland, Verenigd Koninkrijk

Algemene Informatie

Geloof:
Church of England

Informatie legerdienst

Land:
Engeland, Verenigd Koninkrijk
Strijdmacht:
British Expeditionary Force
Rang:
Lieutenant Colonel
Eenheden:
 —  Worcestershire Regiment, 2nd Bn.  (Laatst gekende eenheid)

Informatie over overlijden

Datum van overlijden:
21/06/1956
Plaats van overlijden:
Chichester, Sussex, Engeland, Verenigd Koninkrijk
Doodsoorzaak:
Overlijden na de oorlog (niet gerelateerd)
Leeftijd:
73

Begraafplaats of gedenkplaats

Er is geen begraafplaats of gedenkplaats bekend van deze militair.

Onderscheidingen en medailles 4

Points of interest 2

#1 Geboorteplaats
#2 Plaats van overlijden (bij benadering)

Mijn verhaal

Edward Langley Bowring was de zoon van Charles en Violet Bowring. Hij werd op 11 september 1882 geboren in het Britse Derby, Derbyshire. Edward nam dienst in het Britse leger en behoorde tot het 2nd Battalion Worcestershire Regiment (100th Brigade, 33rd Division). Hij voerde als kapitein de C-compagnie van dat bataljon aan. Later zou hij in rang opklimmen tot major en uiteindelijk tot lieutenant-colonel.

Edward maakte deel uit van de aanval op het kasteel van Geluveld op 31 oktober 1914, tijdens de Eerste Slag bij Ieper. Een zware Duitse artilleriebeschieting veegde op 31 oktober de onbeschutte loopgraven voor Geluveld weg. Beierse reservisten namen het kasteelpark in. De strijd was kort, maar hevig geweest. Doden en gewonden lagen verspreid tussen de rododendronstruiken en de goed onderhouden rozenperken van de kasteeltuin. Alleen rondom het kasteel en de stallingen, beschut door de gebouwen en de nog steeds lommerrijke lanen die er het park omzoomden, slaagde een kleine groep South Wales Borderers en Scots Guards stand te houden.

Even verderop in het Polygoonbos in Zonnebeke lagen de restanten van het 2nd Battalion Worcestershire Regiment. De Worcesters genoten er enige rust na tien dagen in de lijn. Het bataljon was niet langer het voorbeeld van martiale orde en tucht, maar was nagenoeg de enige beschikbare eenheid. De reserves waren schaars. Het was een haveloze bende van ongeveer 500 man: ongeschoren, ongewassen, hun uniformen stijf van de modder en gescheurd door de braamstruiken van het Polygoonbos. Veel mannen waren hun kepie of beenwindsels kwijtgeraakt, maar hun wapens waren schoon en er was voldoende munitie. Tijdens een korte periode in reserve in het Polygoonbos hadden ze kunnen rusten en warm eten gekregen. Onder hen was ook de C-compagnie onder leiding van Captain Bowring.

Met de kerktoren van Geluveld afgetekend tegen een immense rookpluim als richtpunt, lanceerden ze een haast uitzichtloze tegenaanval. Eens uit het bos, in het open veld, blootgesteld aan hevig artillerievuur, leden de Worcesters bijna honderd slachtoffers. Desondanks bereikten ze het kasteelpark dat ze samen met een deel van de South Wales Borderers, die zich had weten te hergroeperen, bestormden. Edward’s C-compagnie nam samen met de D-compagnie posities in langs een verzakte weg achter het kasteel.

De Duitse troepen, onervaren en zonder duidelijke leiding, en niet op de hoogte van de sterkte van hun tegenstander trokken zich terug bij het zien van de Britse tegenaanval. Een poging om het dorp volledig te heroveren mislukte vanwege hevige beschietingen. De restanten van de Worcesters en de South Wales Borderers groeven zich in aan de rand van het kasteelpark. Zonder steun op de flanken trokken ze zich later die avond terug onder dekking van de duisternis. Het 2nd Battalion Worcestershire Regiment betaalde voor deze acties een hoge prijs: ze leden niet minder dan 750 slachtoffers, waaronder 201 slachtoffers van Edward’s C-compagnie.

De Britse verdediging stond op instorten maar de tegenaanval had kostbare tijd gewonnen. In de nacht van 31 oktober drongen Saksische Jägers het verlaten kasteelpark binnen. Ze vonden er een eenzame Britse arts, die had besloten bij de vele Duitse en Britse gewonden achter te blijven. Hoewel het dorp bij voorbaat verloren was, had de tegenaanval de Duitsers verrast.

Edward Langley Bowring ontving voor zijn acties nabij Geluveld de Distinguished Service Order (D.S.O.), een onderscheiding uitsluitend voor officieren voor hun prestaties onder vuur. Edward overleefde de Eerste Wereldoorlog en kon naar zijn gezin terugkeren. Hij overleed op 21 juni 1956 in Chichester, Sussex.

Bestanden 5

Bronnen 7

1 Battalion South Wales Borderers (The National Archives, Kew (TNA), WO 95/1280/3)
https://www.nationalarchives.gov.uk/
Gebruikte bronnen
Atkinson, C.T. The history of the South Wales Borderers : 1914-1918 (Londen, The Medici Society, 1931), 44-47.
Gebruikte bronnen
British Army World War I Medal Rolls Index Cards, 1914-1920 (The National Archives, Kew (TNA), WO372).
https://www.nationalarchives.gov.uk/
Gebruikte bronnen
Census Returns of England and Wales, 1911 (The National Archives, Kew (TNA), RG14).
https://www.nationalarchives.gov.uk/
Gebruikte bronnen
London, England, Church of England Marriages and Banns, 1754-1938,(Hackney, P74/TRI/021).
https://www.thelondonarchives.org/
Gebruikte bronnen
Stacke, H. The Worcestershire Regiment in the Great War: Volume One (Uckfield, The Naval & Military Press Ltd., s.d.), 32.
Gebruikte bronnen
Vancoillie, Jan. Halfweg Menin Road en Ypernstrasse: Gheluvelt 1914-1918 (Voormezele: Association for Battlefield Archeology in Flanders Studies, 2002), 52-54.
Gebruikte bronnen

Meer informatie 1

Lives of the First World War (Imperial War Museum)
https://livesofthefirstworldwar.iwm.org.uk/lifestory/443667