Sgt
Edwin Harold Mulloy
Informatie over geboorte
Geboortedatum: 06/06/1887 |
Geboorteplaats: Grimsby, Ontario, Canada |
Algemene Informatie
Beroep: Bankbediende |
Geloof: Presbyterian |
Informatie legerdienst
Land: Canada |
Strijdmacht: Canadian Expeditionary Force |
Rang: Sergeant |
Service nummer: 10191 |
Dienstneming datum: 22/09/1914 |
Dienstneming plaats: Valcartier Camp, Quebec, Canada |
Eenheden: — Canadian Infantry, 3rd Bn. (Toronto Regiment) (Laatst gekende eenheid) |
Informatie over overlijden
Datum van overlijden: 22/04/1915 |
Plaats van overlijden: Cross Roads Farm, Sint-Jan, België |
Doodsoorzaak: Killed in action (K.I.A.) |
Leeftijd: 27 |
Gedenkplaats
Ypres (Menin Gate) Memorial Paneel: Panel 18 - 24 - 26 - 30. |
Points of interest 3
#1 | Geboorteplaats | ||
#2 | Dienstneming plaats | ||
#3 | Plaats van overlijden (bij benadering) |
Mijn verhaal
Begin april 1915 worden de Canadezen voor het eerst ingezet bij Ieper. Soldaten uit drie continenten verdedigen de stad. Juist op dit knooppunt van spraakverwarring en cultuurverschillen lanceren de Duitsers een dodelijk offensief. In de eerste dagen van de Tweede Slag bij Ieper, komt Sint-Juliaan in het oog van de storm te liggen. Het kleine dorpje wordt in 1915 het toneel van verschrikkelijke gevechten.
Rechts van de Fransen zitten de Canadezen. Met de restanten van de Franse kolonialen organiseren zij een verdediging in Sint-Juliaan, tegenover de Duitsers ten noorden van hen. De inderhaast opgeworpen verdediging houdt stand, ondanks zware verliezen.
Getrouw aan hun orders graven de Duitsers zich bij valavond in. Er zijn onvoldoende reserves om verder op te rukken. In de hoop om het succes toch nog te monopoliseren, laten ze de volgende dagen versterkingen aanrukken.
In de vroege uren van 24 april slaat een gaswolk een bres in de Canadese linies ten oosten van de dorpskern. De troepen kunnen zich enkel beschermen door natte doeken voor de mond en neus te binden. Maar zakdoeken baten niet tegen geconcentreerd gifgas. Slechts enkelingen kunnen zich in veiligheid brengen. Duitse troepen trekken op naar Sint-Juliaan.
Het 3rd Battalion (Toronto Regiment) wordt op 22 april naar voren gezonden. Rond middernacht graven ze zich in bij Mouse Trap Farm. De boerderij fungeert als verbandpost en hoofdkwartier. Plots ontploft een granaat. Er vallen vijf doden: luitenant Mado MacDondald, sergeant Edwin Mulloy, lanskorporaal James Ross Binkley, soldaat Deric Broughall en soldaat Everard Bickerstaff.
Alle vijf dienen bij de Machine gun section van het bataljon. Mado MacDonald is hun bevelvoerende officier. Ross Binkley is diens goede vriend. Het nieuws van hun dood krijgt veel weerklank in de Canadese media. Ross, de kapitein van de Toronto Argonauts, uit de Canadian Football League, is een beroemdheid.
Wanneer de zware granaat springt zijn Binkley en MacDonald op slag dood. Ze worden begraven met een derde dodelijke slachtoffer, sergeant Edwin Harold Mulloy, een 26-jarige bankbediende uit Aurora, Ontario. Deric Broughall, het vijfde slachtoffer, overlijdt aan de verbandpost bij Mouse Trap Farm.
Rechts van de Fransen zitten de Canadezen. Met de restanten van de Franse kolonialen organiseren zij een verdediging in Sint-Juliaan, tegenover de Duitsers ten noorden van hen. De inderhaast opgeworpen verdediging houdt stand, ondanks zware verliezen.
Getrouw aan hun orders graven de Duitsers zich bij valavond in. Er zijn onvoldoende reserves om verder op te rukken. In de hoop om het succes toch nog te monopoliseren, laten ze de volgende dagen versterkingen aanrukken.
In de vroege uren van 24 april slaat een gaswolk een bres in de Canadese linies ten oosten van de dorpskern. De troepen kunnen zich enkel beschermen door natte doeken voor de mond en neus te binden. Maar zakdoeken baten niet tegen geconcentreerd gifgas. Slechts enkelingen kunnen zich in veiligheid brengen. Duitse troepen trekken op naar Sint-Juliaan.
Het 3rd Battalion (Toronto Regiment) wordt op 22 april naar voren gezonden. Rond middernacht graven ze zich in bij Mouse Trap Farm. De boerderij fungeert als verbandpost en hoofdkwartier. Plots ontploft een granaat. Er vallen vijf doden: luitenant Mado MacDondald, sergeant Edwin Mulloy, lanskorporaal James Ross Binkley, soldaat Deric Broughall en soldaat Everard Bickerstaff.
Alle vijf dienen bij de Machine gun section van het bataljon. Mado MacDonald is hun bevelvoerende officier. Ross Binkley is diens goede vriend. Het nieuws van hun dood krijgt veel weerklank in de Canadese media. Ross, de kapitein van de Toronto Argonauts, uit de Canadian Football League, is een beroemdheid.
Wanneer de zware granaat springt zijn Binkley en MacDonald op slag dood. Ze worden begraven met een derde dodelijke slachtoffer, sergeant Edwin Harold Mulloy, een 26-jarige bankbediende uit Aurora, Ontario. Deric Broughall, het vijfde slachtoffer, overlijdt aan de verbandpost bij Mouse Trap Farm.
Bronnen 1
“The Canadian Virtual War Memorial,” Veterans Affairs Canada (VAC). https://www.veterans.gc.ca Gebruikte bronnen |
Meer informatie 2
Commonwealth War Graves Commission Database https://www.cwgc.org/find-records/find-war-dead/casualty-details/1594819 |
Namenlijst (In Flanders Fields Museum) https://namenlijst.org/publicsearch/#/person/_id=3763704a-4ca1-4a7d-86a3-d42ae3ac59b2 |