Pte
Bennet John Horne
Informatie over geboorte
Geboortedatum: 20/08/1891 |
Geboorteplaats: Enfield, Nova Scotia, Canada |
Algemene Informatie
Beroep: Machine Monteur |
Geloof: Rooms-katholiek |
Informatie legerdienst
Land: Canada |
Strijdmacht: Canadian Expeditionary Force |
Rang: Private |
Service nummer: 166345 |
Dienstneming datum: 06/10/1915 |
Dienstneming plaats: Timmins, Ontario, Canada |
Eenheden: — Canadian Pioneers, 1st Bn. (Laatst gekende eenheid) |
Informatie over overlijden
Datum van overlijden: 06/06/1916 |
Plaats van overlijden: Fosse Wood, Zillebeke, Belgiƫ |
Doodsoorzaak: Killed in action (K.I.A.) |
Leeftijd: 24 |
Gedenkplaats
Ypres (Menin Gate) Memorial Paneel: 32 |
Points of interest 3
#1 | Geboorteplaats | ||
#2 | Dienstneming plaats | ||
#3 | Plaats van overlijden (bij benadering) |
Mijn verhaal
Bennet John Horne werd in 1891 geboren te Enfield, Nova Scotia als zoon van Andrew en Elizabeth (Lizzie) Horne. Zijn vader was landbouwer. Bennet's grootvader langs moederskant, Donatus Benere, was een Belgische emigrant.
Op 6 oktober 1915 nam Bennet dienst in Timmins, Ontario. Voordat hij naar Europa vertrok, hoopte Bennet zijn kennissen in Halifax, waar hij als machine operator had gewerkt bij de Nova Scotia Car Works, op te zoeken, maar hij werd vrijwel onmiddellijk naar het buitenland gestuurd. Op 14 december kwam hij aan in Engeland en werd opgenomen in het 1e Pionier Bataljon. In het voorjaar van 1916 raakte Bennet gewond en werd in het ziekenhuis opgenomen. Na een maand werd hij ontslagen uit het Hospital St. Martius Plain. In juni 1916 werd zijn bataljon ingezet bij Ieper. Het kreeg de opdracht de Fosse Way tijdens de Slag om Mount Sorrel uit te diepen en herstellen. Fosse Way was een loopgraaf bij Zillibeke, die Transport Farm en Fosse Wood verbond. Twee dagen voor zijn dood, op 4 juni, schreef hij een brief aan Edd, waarin hij 25 dollar naliet aan 'vader Kensella' en 5 dollar aan Mrs. F. D. Horne. In de nacht van 6 op 7 juni vond een zwaar bombardement plaats. De hele groep schuilde in de loopgraaf. Soldaat Horne werd door een granaatscherf getroffen en stierf onmiddellijk.
Volgens de Circumstances of Casualties werd hij begraven achter de loopgraven bij Fosse Wood. Er werd een herdenkingskruis opgericht op de Railway Dugouts Burial Ground. Bennet John Horne heeft tot op de dag van vandaag geen bekend graf en wordt aldus herdacht op de Menenpoort. Twee dagen voor zijn dood schreef hij zijn testament, gericht aan zijn oudere broer Edd, met twee D's omdat hij altijd E.D. (Edmond Donatus) werd genoemd. In de brief liet Bennet 25 dollar na aan pater Kinsella, de pastoor in Enfield en een vriend van de familie, en 5 dollar aan mevrouw F. D. Horne, zijn zuster Mary, wier man een tijdje ziek was.
Op 6 oktober 1915 nam Bennet dienst in Timmins, Ontario. Voordat hij naar Europa vertrok, hoopte Bennet zijn kennissen in Halifax, waar hij als machine operator had gewerkt bij de Nova Scotia Car Works, op te zoeken, maar hij werd vrijwel onmiddellijk naar het buitenland gestuurd. Op 14 december kwam hij aan in Engeland en werd opgenomen in het 1e Pionier Bataljon. In het voorjaar van 1916 raakte Bennet gewond en werd in het ziekenhuis opgenomen. Na een maand werd hij ontslagen uit het Hospital St. Martius Plain. In juni 1916 werd zijn bataljon ingezet bij Ieper. Het kreeg de opdracht de Fosse Way tijdens de Slag om Mount Sorrel uit te diepen en herstellen. Fosse Way was een loopgraaf bij Zillibeke, die Transport Farm en Fosse Wood verbond. Twee dagen voor zijn dood, op 4 juni, schreef hij een brief aan Edd, waarin hij 25 dollar naliet aan 'vader Kensella' en 5 dollar aan Mrs. F. D. Horne. In de nacht van 6 op 7 juni vond een zwaar bombardement plaats. De hele groep schuilde in de loopgraaf. Soldaat Horne werd door een granaatscherf getroffen en stierf onmiddellijk.
Volgens de Circumstances of Casualties werd hij begraven achter de loopgraven bij Fosse Wood. Er werd een herdenkingskruis opgericht op de Railway Dugouts Burial Ground. Bennet John Horne heeft tot op de dag van vandaag geen bekend graf en wordt aldus herdacht op de Menenpoort. Twee dagen voor zijn dood schreef hij zijn testament, gericht aan zijn oudere broer Edd, met twee D's omdat hij altijd E.D. (Edmond Donatus) werd genoemd. In de brief liet Bennet 25 dollar na aan pater Kinsella, de pastoor in Enfield en een vriend van de familie, en 5 dollar aan mevrouw F. D. Horne, zijn zuster Mary, wier man een tijdje ziek was.
Bronnen 4
"Enfield Gives A Hero To The Empire", (Halifax, The Evening Mail, 16 juni 1916). Gebruikte bronnen |
Personnel Records of the First World War (Library and Archives Canada, Ottawa (LAC), RG 150; Volume: Box 4502 - 2). https://library-archives.canada.ca/ Gebruikte bronnen |
War diaries: 1st Pioneer Battalion (Library and Archives Canada, Ottawa (LAC), RG9-III-D-3, Volume number: 5009, Microfilm reel number: T-10858, File number: 721). https://library-archives.canada.ca/ Gebruikte bronnen |
War Graves Registers: Circumstances of Death (Library and Archives Canada, Ottawa (LAC), RG 150, 1992-93/314; Volume Number: 1940). https://library-archives.canada.ca/ Gebruikte bronnen |
Meer informatie 4
Commonwealth War Graves Commission Database https://www.cwgc.org/find-records/find-war-dead/casualty-details/1593129 |
Namenlijst (In Flanders Fields Museum) https://namenlijst.org/publicsearch/#/person/_id=e1f23918-61bc-4b40-8606-f2b4691244e0 |
The Canadian Virtual War Memorial https://www.veterans.gc.ca/eng/remembrance/memorials/canadian-virtual-war-memorial/detail/1593129 |
Lives of the First World War (Imperial War Museum) https://livesofthefirstworldwar.iwm.org.uk/lifestory/5949852 |