Uffz.
Anton Bartinger
Informatie over geboorte
Geboortedatum: 13/06/1886 |
Geboorteplaats: Oberndorf, Vilsbiburg, Niederbayern, Koninkrijk Beieren, Duitse Keizerrijk |
Algemene Informatie
Laatst gekende woonplaats: Oberndorf, Vilsbiburg, Niederbayern, Koninkrijk Beieren, Duitse Keizerrijk |
Geloof: Rooms-katholiek |
Informatie legerdienst
Land: Duitse Keizerrijk |
Strijdmacht: Deutsches Heer |
Rang: Unteroffizier |
Eenheden: — 1. Kompagnie, I. Bataillon, Kgl. Bayer. Reserve-Infanterie-Regiment Nr. 2 (Laatst gekende eenheid) |
Informatie over overlijden
Datum van overlijden: 17/10/1917 |
Plaats van overlijden: Zandvoorde, België |
Doodsoorzaak: Killed in action (K.I.A.) |
Leeftijd: 31 |
Begraafplaats
Deutscher Soldatenfriedhof Langemark (Kameradengrab) Plot: Onbekend Rij: Onbekend Graf: Onbekend |
Onderscheidingen en medailles 2
Bayer. Militair-Verdienstkreuz III. Klasse Medaille |
Eiserne Kreuz II. Klasse Medaille |
Points of interest 3
#1 | Geboorteplaats | ||
#2 | Laatst gekende woonplaats | ||
#3 | Plaats van overlijden (bij benadering) |
Mijn verhaal
Anton Bartinger, voormalig dienstknecht, werd op 30 maart 1892 geboren in Oberndorf, Vilsbiburg, Koninkrijk Beieren. Hij was de zoon van Josef en Franziska Linterer. Anton had zijn militaire dienstplicht vervuld tussen 1907-1909 en werd op 5 augustus 1914 opgeroepen. In 1917 diende hij als unteroffizier in de 1. Kompagnie, I. Bataillon, Kgl. Bayer. Reserve-Infanterie-Regiment Nr. 2, onderdeel van de 1. Kgl. Bayer. Reserve-Infanterie-Brigade, van de 1. Kgl. Bayer. Reserve-Division.
Op 8 oktober 1917 loste het Kgl. Bayer. Reserve-Infanterie-Regiment Nr. 2 Reserve-Infanterie-Regiment Nr. 98 af aan het front ten westen van Zandvoorde. Zij hadden het Kgl. Bayer. Reserve-Infanterie-Regiment Nr. 1 aan hun linkerzijde en Infanterie-Regiment 139 aan hun rechterzijde. De belangrijkste verdedigingslinie was het lagergelegen terrein van de Bassevillebeek, maar het regiment had ook twee vooruitgeschoven bolwerken genaamd "Drossel-West" en "Fink". Deze sector van het front was relatief rustig omdat de belangrijkste geallieerde aanval meer naar het noorden bij Geluveld lag. De meeste slachtoffers vielen door artillerie toen compagnieën elkaar aflosten tussen het front bij Zandvoorde, ondersteuningsgebied bij Kruiseik en rustgebied bij Geluwe. Deze posities werden behouden tot het regiment op 12 februari 1918 werden afgelost.
Anton Bartinger, 31 jaar oud, sneuvelde op 17 oktober 1917. De kriegsstammrolle vermeldt dat hij stierf nadat hij om ongeveer 7.15 uur door een granaatscherf in het hoofd was geraakt. Unteroffizier Bartinger werd aanvankelijk ongeveer 600 meter ten noorden van Zandvoorde begraven. Zijn stoffelijk overschot werd na de oorlog niet teruggevonden of geïdentificeerd. Anton Bartinger heeft geen bekend graf en wordt herdacht op de Kameradengraf op het Deutscher Soldatenfriedhof Langemark.
Op 8 oktober 1917 loste het Kgl. Bayer. Reserve-Infanterie-Regiment Nr. 2 Reserve-Infanterie-Regiment Nr. 98 af aan het front ten westen van Zandvoorde. Zij hadden het Kgl. Bayer. Reserve-Infanterie-Regiment Nr. 1 aan hun linkerzijde en Infanterie-Regiment 139 aan hun rechterzijde. De belangrijkste verdedigingslinie was het lagergelegen terrein van de Bassevillebeek, maar het regiment had ook twee vooruitgeschoven bolwerken genaamd "Drossel-West" en "Fink". Deze sector van het front was relatief rustig omdat de belangrijkste geallieerde aanval meer naar het noorden bij Geluveld lag. De meeste slachtoffers vielen door artillerie toen compagnieën elkaar aflosten tussen het front bij Zandvoorde, ondersteuningsgebied bij Kruiseik en rustgebied bij Geluwe. Deze posities werden behouden tot het regiment op 12 februari 1918 werden afgelost.
Anton Bartinger, 31 jaar oud, sneuvelde op 17 oktober 1917. De kriegsstammrolle vermeldt dat hij stierf nadat hij om ongeveer 7.15 uur door een granaatscherf in het hoofd was geraakt. Unteroffizier Bartinger werd aanvankelijk ongeveer 600 meter ten noorden van Zandvoorde begraven. Zijn stoffelijk overschot werd na de oorlog niet teruggevonden of geïdentificeerd. Anton Bartinger heeft geen bekend graf en wordt herdacht op de Kameradengraf op het Deutscher Soldatenfriedhof Langemark.
Bronnen 2
Helbing, Max, Ernst Ritter von Brunner, en Martin Ritter von Dittelberger. Das K.B. Reserve-Infanterie-Regiment Nr. 2. (München: Verlag Bayerisches Kriegsarchiv, 1926), 114-117. https://digital.wlb-stuttgart.de/index.php?id=6&tx_dlf%5Bid%5D=8367&tx_dlf%5Bpage%5D=1 Gebruikte bronnen |
Kriegsstammrollen, 1914-1918. (Bayerisches Staatsarchiv, München (HStA), Abteilung IV, Kriegsarchiv). https://www.gda.bayern.de/die-staatlichen-archive-bayerns/ Gebruikte bronnen |
Meer informatie 2
Namenlijst (In Flanders Fields Museum) https://namenlijst.org/publicsearch/#/person/_id=99578037-3ab7-4356-8cb0-b4914688b301 |
Volksbund Deutsche Kriegsgräberfürsorge https://www.volksbund.de/erinnern-gedenken/graebersuche-online/detail/e07068f51428231e256d9f3e1b6e8ed4 |