OLt - SLt
Martial-Yves Marie Delon

Informatie over geboorte

Geboortedatum:
11/08/1893
Geboorteplaats:
Dinan, Côtes-du-Nord, Frankrijk

Algemene Informatie

Laatst gekende woonplaats:
Angers, Maine-et-Loire, Frankrijk
Beroep:
Belastingambtenaar
Geloof:
Rooms-katholiek

Informatie legerdienst

Land:
Frankrijk
Strijdmacht:
Franse leger
Rang:
Onderluitenant
Service nummer:
4973
Dienstneming datum:
03/10/1913
Dienstneming plaats:
Cholet, Maine-et-Loire, Frankrijk
Eenheden:
 —  8ème compagnie, 2ème bataillon, 77ème régiment d'infanterie  (Laatst gekende eenheid)

Informatie over overlijden

Datum van overlijden:
12/11/1914
Plaats van overlijden:
Cabaret Bellevue, Nieuwemolen, Passendale, België
Doodsoorzaak:
Killed in action (K.I.A.)
Leeftijd:
21

Begraafplaats of gedenkplaats

Er is geen begraafplaats of gedenkplaats bekend van deze militair.

Onderscheidingen en medailles 1

Points of interest 5

#1 Geboorteplaats
#2 Laatst gekende woonplaats
#3 Dienstneming plaats
#4 Plaats van verwonding
#5 Plaats van overlijden (bij benadering)

Mijn verhaal

Martial-Yves werd geboren op 11 augustus 1893 in Dinan, departement Côtes-du-Nord in Bretagne. Hij was het eerste kind van Antoine en Emilie Delon (née Chicoineau). Niet veel later verhuisde het gezin naar Cherbourg, waar vader Antoine als belastingambtenaar werkte. In 1904 verhuisde het gezin, dat inmiddels was uitgebreid met drie jongens, naar Indochina. Terwijl Antoine werkte als hoofddouanier in Bac Ninh bij Hanoi en later als hoofd van het bureau voor de statistiek in Hải Phòng, aan de delta van de Rode Rivier, beleefde Martial-Yves een onbesuisde jeugd. In 1907 keerde de familie terug naar Frankrijk. Martial-Yves maakte zijn school af in Dinan en ging net als zijn vader bij de belastingdienst werken. Zijn standplaats werd Angers aan de Loire. Een rustig leven leek in de maak. Maar voordat hij zich aan zijn carrière kon wijden, moest Martial-Yves zijn legerdienst afmaken bij het 77ème régiment d'infanterie in Cholet. In april 1914 werd hij benoemd tot caporal-fourrier, belast met de bevoorrading. In de zomer van 1914 maalde het duistere rad van de geschiedenis onverbiddelijk voort, tot het volledig de controle verloor en uitbarstte in de wereldbrand die de Eerste Wereldoorlog was. Op 2 augustus 1914 verklaarde Frankrijk de oorlog aan Duitsland; twee dagen later viel Duitsland België binnen.

Op 5 augustus marcheerden de drie bataljons van het 77e regiment via Sedan richting België. Bij Bièvre leed het regiment op 23 augustus zijn eerste verliezen. De wrede scènes van gewonde kameraden stonden op Martial-Yves' netvlies gebrand, maar er was niet veel tijd om bij de gebeurtenissen stil te staan. Het regiment, 's nachts gegeseld door regen en overdag door granaten, trok zich terug naar Frankrijk. De Duitsers zaten steeds op hun hielen. Met een overwicht aan artillerie dreven ze de Fransen voor zich uit. Pas bij Reims, terwijl de Slag aan de Marne voor Parijs in alle hevigheid woedde, stabiliseerde het front zich onder een reeks vruchteloze aanvallen en tegenaanvallen. Ondertussen werd Martial-Yvest op 8 september bevorderd tot sergeant-fourrier. Op 24 september volgde een bevordering tot sergeant-major. Op de 28ste werd hij benoemd tot adjudant van de 8ste compagnie. In de volgende weken leken beide partijen zich neer te leggen bij de immobiliteit van het front. Het 77ste regiment lag bij Prosnes, ten oosten van Reims, en terwijl de graafwerken rond het dorp intensiever werden, doofde het artillerievuur langzaam uit, om plots even op te laaien, bijna alsof het een verplichting was. Op 9 oktober werd het regiment afgelost. In Villers-Marmery werd Martial op zondag 18 oktober tijdens een diner met de onderofficieren door luitenant Michel bevorderd tot sous-lieutenant. Dit nieuws werd meteen gevierd met een fles champagne. Op 22 oktober stapte het regiment op de trein in Mourmelon-le-Petit. Door het aangename glooiende landschap van Picardië ging het op weg naar Vlaanderen. In Cassel werd de reis naar de Belgische grens voortgezet per bus. Martial kon het pastorale Vlaanderen met zijn nette hoeven en dorpen wel waarderen. De Fransen waren ook onder de indruk van de keurig geklede en goed bewapende Britse en Indische troepen bij Ieper.

Op 25 oktober verliet het 77ste regiment Ieper op weg naar Zonnebeke, de wegen vol met Franse cavalerie en artillerie. Zonnebeke was op 20 oktober in Duitse handen gevallen. Op 24 oktober waren de Duitsers al uit het dorp verdreven door het 114de regiment. De Duitsers verschansten zich op de heuvelrug van Broodseinde, ten oosten van Zonnebeke. De volgende dag werd de aanval voortgezet en Broodseinde werd ingenomen. Het 77ste regiment lag in reserve achter Britse troepen, en keek toe vanuit een gracht langs de Ieperstraat. Op 26 oktober wilde de Franse legerleiding doorstoten naar Passendale, maar de aanval liep stuk op verschanste posities met machinegeweren. Ontelbare doden bleven voor de linies liggen. Velen zouden nooit een bekend graf hebben. Martial en zijn eenheid trokken door en over loopgraven met Britse en Duitse doden. Aan het eind van de dag loste het regiment de Britse troepen af. Hoewel de Franse troepen op 26 oktober geen duimbreed oprukten richting Passchendaele, werd besloten om het hele huzarenstukje op 27 oktober te herhalen, met voorspelbaar resultaat. Martial en zijn mannen kropen onder hevig vuur langs de spoorlijn Ieper-Roeselare omhoog. Ze kwamen niet ver en Martial's sectie zocht dekking in een loopgraaf voor een kapot geschoten boerderij, bezaaid met Britse doden. Woensdag 28 oktober, nieuwe dag, zelfde orders. Het 135ste regiment beet zijn tanden stuk op Droogenbroodhoek voor Moorslede. Het 77ste slaagde erin enkele loopgraven langs de spoorlijn in te nemen en wist zich in te graven bij Nieuwemolen. Het 114de lag in de richting van 's Gravenstafel. De voorlopige, ondiepe loopgraven werden permanent. Op 30 oktober trok de 8ste compagnie naar de frontlinie links van het 135ste Regiment. Het artillerievuur was intens aan beide kanten. Af en toe knetterden geweerschoten door de lucht. De zenuwen waren gespannen, beide kanten vreesden een aanval en aan beide kanten van het niemandsland klonken alarmsignalen.

Begin november beende de Franse Legerleiding de realiteit bij. Er werd afgezien van verdere aanvallen. Posities werden versterkt. Nu de Frans-Britse aanvalsdrift getemperd was, herwonnen de Duitsers het initiatief. Ze hadden het overwicht aan artillerie en konden het vuur richten vanaf de hoogten van Passendale, Moorslede en Beselare. Duitse granaten van alle kalibers hakten in op de ondiepe loopgraven en schuttersputten. Onder dekking van een gesluierde maan werd Martials’s compagnie op 1 november afgelost. Ze bezetten loopgraven in Zonnebeke. Op 4 november namen ze onder dekking van een dikke mist posities van het 135ste regiment bij broodseinde over. De loopgraven waren kapotgeschoten en stonden vol water. Voor de stellingen lagen verminkte Franse en Duitse doden, de grond rondom was omgewoeld door de vele beschietingen. Vier dagen later werden ze afgelost uit de eerste linie. Ze namen posities in ten noordoosten van Zonnebeke op ongeveer 800 meter van de eerste linie. De Duitse druk op de Franse linies nam toe. In het zuiden gingen Geluveld, Zandvoorde en Hollebeke verloren. Wijtschate viel op 2 november. Diezelfde dag werden de stellingen tussen Broodseinde en Keiberg onder de voet gelopen. Voor Zillebeke slaagden de Britten erin stand te houden met Franse versterkingen. De stellingen lagen onder zwaar artillerievuur. De beschietingen waren vaak zo intens dat Martial zijn onderstand niet kon verlaten. Op 10 november tegen de avond werd het weer rustiger. Martial genoot van een maaltijd met augurken. Na de maaltijd speelden hij en enkele officieren kaart voor de drie sigaren die ze nog hadden. Martial won er één. Deze alledaagse luchtigheid uit het dagboek van Martial stond in schril contrast met de ontwikkelingen elders aan het front. De 135ste, 114de en 77ste Regimenten waren nu al meer dan 20 dagen in gevecht. Het moreel was extreem laag. De troepen waren uitgeput, de leefomstandigheden ronduit ellendig; het regende en de wind gierde over de heuvelrug.

Op 12 november lanceerden de Duitsers een nieuwe aanval. De stellingen van het 135ste regiment bij Broodseinde werden onder de voet gelopen. Het 5de en 6de compagnie van het 77ste in de frontlijn bij Nieuwemolen dreigden omsingeld te worden. De 8ste compagnie van Martial erop uit gestuurd om de twee compagnieën, bij Nieuwemolen te ondersteunen. Martial raakte dodelijk gewond aan zijn hoofd door een granaatinslag. Hij stierf nabij Bellevue, op de kruising van Schipstraat en de Passendalestraat. Volgens een brief van kapitein Villers, met wie Martial nog dineerde op de avond van 10 november, werd Martial begraven op het kerkhof van Zonnebeke, langs de Roeselarestraat.

Ondertussen op de Katte, tussen Zonnebeke en Broodseinde, hield het 33ste régiment d'artillerie stand. Van dichtbij vuurden ze op de heuvelkam. De Duitsers aarzelden en trokken zich uiteindelijk terug na een tegenaanval van een samenraapsel Franse eenheden. Na deze ultieme Duitse inspanning begon het te sneeuwen. Het offensief viel stil. De kou werd de grootste vijand. De 77ste, 114de en 135ste infanterieregimenten bleven in de Ieper Salient tot de lente van 1915, toen ze werden afgelost door troepen van het Britse Rijk. Terwijl de oorlog aansleepte, werd Broodseinde stukje bij beetje vernietigd; de Geallieerden en Duitsers veroverden en heroverden het verschillende keren, totdat alleen de naam overbleef.

Bestanden 11

Afbeelding Bekijken
Letters - Postcards and Diaries (Personal) Bekijken
Letters - Postcards and Diaries (Personal) Bekijken
Letters - Postcards and Diaries (Personal) Bekijken
Letters - Postcards and Diaries (Personal) Bekijken
Letters - Postcards and Diaries (Personal) Bekijken
Letters - Postcards and Diaries (Personal) Bekijken
Letters - Postcards and Diaries (Personal) Bekijken
Letters - Postcards and Diaries (Personal) Bekijken

Bronnen 6

Bossy-Guérin, Sylvie., "Yves Martial Delon, un soldat dans la Grande Guerre." Cholet et la Première guerre mondiale. Geraadpleegd 08.08.2023.
https://passerelle2.ac-nantes.fr/choletetlapremiereguerremondiale/
Gebruikte bronnen
Delon P., "Journal de marche d'un poilus dinnanais du 5 août au 12 novembre 1914." (Le Pays de Dinan, 25 (2005)): 195-226.
Gebruikte bronnen
Deseyne A., De vergeten winter 1914-15 (Wondelgem, s.n., 1983) 271 p.
Gebruikte bronnen
Journal de marches et d'opérations: 77e régiment d'infanterie (Direction des Patrimoines, de la Mémoire et des Archives, Paris (DPMA), 26 N 662/7).
https://www.memoiredeshommes.sga.defense.gouv.fr/
Gebruikte bronnen
Laurentin M., Carnets d'un fantassin de 1914 (Paris, Arthaud, 1965), 239 p.
Gebruikte bronnen
Les registres matricules et listes cantonales numérisés (classes 1867-1921) (Archives départementales de Maine-et-Loire, Angers).
https://archives.maine-et-loire.fr/
Gebruikte bronnen