Pte
Harry Duff Badmington
Informatie over geboorte
Geboortejaar: 1896 |
Geboorteplaats: Manly, Sydney, New South Wales, Australië |
Algemene Informatie
Laatst gekende woonplaats: Berkley Road, Manly, New South Wales, Australië |
Beroep: Arbeider |
Geloof: Church of England |
Informatie legerdienst
Land: Australië |
Strijdmacht: Australian Imperial Force |
Rang: Private |
Service nummer: 3019 |
Dienstneming datum: 08/08/1915 |
Dienstneming plaats: Holsworthy, New South Wales, Australië |
Eenheden: — Australian Infantry, 20th Bn. (New South Wales) (Laatst gekende eenheid) |
Informatie over overlijden
Datum van overlijden: 09/10/1917 |
Plaats van overlijden: Defy Crossing, Zonnebeke, België |
Doodsoorzaak: Killed in action (K.I.A.) |
Leeftijd: 21 |
Begraafplaats
Tyne Cot Cemetery Plot: XXXIX Rij: E Graf: 22 |
Onderscheidingen en medailles 3
1914-15 Star Medaille |
British War Medal Medaille |
Victory Medal Medaille |
Points of interest 4
#1 | Laatst gekende woonplaats | ||
#2 | Geboorteplaats | ||
#3 | Dienstneming plaats | ||
#4 | Plaats van overlijden (bij benadering) |
Mijn verhaal
Harry Duff Badmington werd geboren in 1896 in Manly, New South Wales, Australië. Hij was de zoon van George en Annie Elizabeth Badmington. Op 23 augustus 1915 nam hij dienst in het Australische leger en werd hij ingedeeld in het 56th Australian Infantry Battalion. Op 2 oktober 1916 kwam hij aan in Frankrijk en werd hij ingedeeld in zijn nieuwe eenheid, de 20th Battalion.
Op 9 oktober 1917 nam het 20th Battalion deel aan de Slag bij Poelkapelle, onderdeel van de Slag bij Passendale. Het 20th Battalion kreeg de opdracht om de linie, lopend van Hillside Farm tot Daisy Wood, in te nemen. Het 17th Battalion zou het 20th Battalion oversteken na de inname van de genoemde linie en oprukken richting de linie, lopend van Haalen tot Vienna Cottage. De dag voor de aanval werd het duidelijk dat het een zware operatie zou worden. Hevige regen had het slagveld omgevormd tot een waar moeras. Op verschillende plekken waren de loopgraven ondergelopen en werden soldaten gedwongen dekking te zoeken in granaatkraters. Een officier van de Australian Machine Gun Corps die de linies van het 20th Battalion had bereikt, deelde mee dat hij vrijwel al zijn manschappen had verloren door granaatvuur en de modder. Daarnaast kon het machinegeweer niet meer gebruikt worden, aangezien het helemaal vastzat door de modder.
Rond 4 uur in de ochtend begonnen de verschillende compagnies zich richting de startlinie te begeven. Bombardementen eisten al hun eerste slachtoffers. Om 05:30 begon de aanval. De troepen moesten normaal onder de bescherming van een spervuur oprukken, maar de granaten vielen in sommige gevallen achter de aanvallende troepen. Toch slaagde het 20th Battalion erin om hun doelstellingen in te nemen met relatief weinig slachtoffers. In de tussentijd begon ook de aanval van het 17th Battalion, die door de manschappen van het 20th Battalion heen passeerden, met als gevolg dat verschillende troepen van het 20th Battalion verder oprukten met het 17th Battalion. De Australiërs slaagden erin om Decoy Wood en Rhine in te nemen en uiteindelijk ook op te rukken richting de finale doelstellingen. Het slachtofferaantal was echter al zo hoog opgelopen dat het behouden van deze posities onmogelijk werd. Iets na 10 uur werd besloten om terug te trekken naar de eerst ingenomen linie en deze te consolideren. De aanval op 9 oktober had voornamelijk een vernietigend effect op A Company van het 20th Battalion. Hun sterkte op 29 september was 97 manschappen. Op de dag van de aanval was dit gereduceerd naar 50. Toen A Company op de avond van de aanval terugmarcheerde naar Ieper, was hun sterkte gereduceerd tot amper 1 officier, 1 onderofficier en 4 soldaten.
Harry Duff Badmington viel op 9 oktober net voor Hillside Farm. Hij werd na de oorlog herbegraven op Tyne Cot Cemetery, perceel XXXIX, rij E, graf 22.
Op 9 oktober 1917 nam het 20th Battalion deel aan de Slag bij Poelkapelle, onderdeel van de Slag bij Passendale. Het 20th Battalion kreeg de opdracht om de linie, lopend van Hillside Farm tot Daisy Wood, in te nemen. Het 17th Battalion zou het 20th Battalion oversteken na de inname van de genoemde linie en oprukken richting de linie, lopend van Haalen tot Vienna Cottage. De dag voor de aanval werd het duidelijk dat het een zware operatie zou worden. Hevige regen had het slagveld omgevormd tot een waar moeras. Op verschillende plekken waren de loopgraven ondergelopen en werden soldaten gedwongen dekking te zoeken in granaatkraters. Een officier van de Australian Machine Gun Corps die de linies van het 20th Battalion had bereikt, deelde mee dat hij vrijwel al zijn manschappen had verloren door granaatvuur en de modder. Daarnaast kon het machinegeweer niet meer gebruikt worden, aangezien het helemaal vastzat door de modder.
Rond 4 uur in de ochtend begonnen de verschillende compagnies zich richting de startlinie te begeven. Bombardementen eisten al hun eerste slachtoffers. Om 05:30 begon de aanval. De troepen moesten normaal onder de bescherming van een spervuur oprukken, maar de granaten vielen in sommige gevallen achter de aanvallende troepen. Toch slaagde het 20th Battalion erin om hun doelstellingen in te nemen met relatief weinig slachtoffers. In de tussentijd begon ook de aanval van het 17th Battalion, die door de manschappen van het 20th Battalion heen passeerden, met als gevolg dat verschillende troepen van het 20th Battalion verder oprukten met het 17th Battalion. De Australiërs slaagden erin om Decoy Wood en Rhine in te nemen en uiteindelijk ook op te rukken richting de finale doelstellingen. Het slachtofferaantal was echter al zo hoog opgelopen dat het behouden van deze posities onmogelijk werd. Iets na 10 uur werd besloten om terug te trekken naar de eerst ingenomen linie en deze te consolideren. De aanval op 9 oktober had voornamelijk een vernietigend effect op A Company van het 20th Battalion. Hun sterkte op 29 september was 97 manschappen. Op de dag van de aanval was dit gereduceerd naar 50. Toen A Company op de avond van de aanval terugmarcheerde naar Ieper, was hun sterkte gereduceerd tot amper 1 officier, 1 onderofficier en 4 soldaten.
Harry Duff Badmington viel op 9 oktober net voor Hillside Farm. Hij werd na de oorlog herbegraven op Tyne Cot Cemetery, perceel XXXIX, rij E, graf 22.
Bronnen 3
20th Infantry Battalion (Australian War Memorial, Campbell (AWM), AWM4 23/37). https://www.awm.gov.au/ Gebruikte bronnen |
First Australian Imperial Force Personnel Dossiers, 1914-1920, (National Archives of Australia, Canberra (NAA), B2455, Badmington H D). https://recordsearch.naa.gov.au/SearchNRetrieve/Interface/SearchScreens/BasicSearch.aspx Gebruikte bronnen |
Unit embarkation nominal rolls, 1914-18 War (Australian War Memorial, Campbell (AWM), AWM 8). https://www.awm.gov.au/ Gebruikte bronnen |
Meer informatie 4
Commonwealth War Graves Commission Database https://www.cwgc.org/find-records/find-war-dead/casualty-details/461789 |
Lives of the First World War (Imperial War Museum) https://livesofthefirstworldwar.iwm.org.uk/lifestory/7347279 |
Namenlijst (In Flanders Fields Museum) https://namenlijst.org/publicsearch/#/person/_id=39c11720-1fb1-415b-a55b-dadbe9d3e16f |
The AIF Project (UNSW Canberra) https://www.aif.adfa.edu.au/showPerson?pid=10147 |