L/Cpl
Alfred Cottrell
Informatie over geboorte
|
Geboortejaar: 1895 |
|
Geboorteplaats: Pickmere, Cheshire, Engeland, Verenigd Koninkrijk |
Algemene Informatie
|
Laatst gekende woonplaats: 6, Hart Street, Altrincham, Cheshire, Engeland, Verenigd Koninkrijk |
|
Beroep: Winkelbediende |
Informatie legerdienst
|
Land: Engeland, Verenigd Koninkrijk |
|
Strijdmacht: British Expeditionary Force |
|
Rang: Lance Corporal |
|
Service nummer: 33035 |
|
Dienstneming datum: 10/12/1915 |
|
Dienstneming plaats: Altrincham, Cheshire, Engeland, Verenigd Koninkrijk |
|
Eenheden: — Cheshire Regiment, 13th Bn. (Laatst gekende eenheid) |
Informatie over overlijden
|
Datum van overlijden: 10/08/1917 |
|
Plaats van overlijden: Westhoek, Zonnebeke, België |
|
Doodsoorzaak: Killed in action (K.I.A.) |
|
Leeftijd: 22 |
Gedenkplaats
|
Tyne Cot Memorial Paneel: 19L |
Points of interest 4
| #1 | Geboorteplaats | ||
| #2 | Laatst gekende woonplaats | ||
| #3 | Dienstneming plaats | ||
| #4 | Plaats van overlijden (bij benadering) |
Mijn verhaal
Alfred Cottrell, een voormalig glazenwasser, werd geboren in Pickmere, Cheshire, Engeland. Hij was de zoon van Joseph en Alice Cottrell. Op 10 december 1915 ging hij in dienst van het leger in Altrincham, Cheshire, Engeland. Hij diende als lance corporal in het 13de Bataljon Cheshire Regiment, van de 74ste Brigade, van de 25ste Divisie.
Op 10 augustus 1917 nam de 74ste Brigade deel aan een aanval op Westhoek, ten zuiden van de spoorweg Ieper-Roeselare. Ze vielen aan op een frontlijn van ongeveer 1800 meter (2000 yards) breed, parallel lopend vanaf de Frezenbergstraat vanaf de spoorweg tot aan het kruispunt ten zuiden van de Westhoek, bij Glencorse Wood. De 74ste Brigade viel aan, van links naar rechts, met het 11de Bataljon Lancashire Fusiliers, het 9de Loyale North Lancashire Regiment, het 2de Ierse Rifles en het 13de Bataljon Cheshire Regiment. Deze aanval had twee doelen. Het hoofddoel was de Zwarte Lijn die ten oosten van de Westhoek liep van de spoorweg Ieper-Roeliers tot Glencorse Wood. De Red Line, het tweede doel, lag slechts 100 meter voor de Black Line. Het doel van dit doel was om de mannen te beschermen die de Zwarte Lijn consolideerden.
Om 4:35 uur begon de aanval. Het 13de Bataljon Cheshire Regiment viel in vier golven aan. De eerste golf leed zware verliezen en slaagde er niet in op te rukken. De tweede en derde golf waren in staat de Zwarte Linie te veroveren, hoewel de linkerflank een tijdlang werd opgehouden door een sterk punt ten zuiden van de Westhoek. Dit punt werd uiteindelijk veroverd, maar de linkerflank had veel slachtoffers geleden. Hierdoor was het voor hen onmogelijk om zich aan te sluiten bij het bataljon aan hun rechterzijde tot na het vallen van de avond. Aan het einde van de aanval bezette het 13de Bataljon de Zwarte Lijn, vanaf een punt ongeveer 200 meter van het kruispunt Frezenbergstraat-Grote Molenstraat tot de noordwestelijke hoek van Glencorse Wood. De vierde golf zou naar de Rode Linie gaan, maar kwam onderweg onder zwaar artillerievuur te liggen. Het oorlogsdagboek vermeldt dat slechts één onderofficier en 14 andere militairen de Red Line haalden.
Het front van het bataljon werd beschermd tegen tegenaanvallen door het Hanebeek Vally. Deze rustige beek was veranderd in een 30 meter breed modderveld. Om 9.00 uur echter evacueerden de troepen in Glencorse Wood, waardoor de rechterflank van het bataljon werd blootgesteld aan enfiladevuur vanaf bolwerken in het bos. De troepen hielden deze positie tot ze op 11 augustus 1917 werden afgelost. Het oorlogsdagboek schat dat 50 mannen gedood werden, 266 gewond en 56 vermist tussen 5 en 11 augustus 1917.
Alfred Cottrell, 22 jaar oud, sneuvelde in de strijd op 10 augustus 1917. Lance corporal Cottrell heeft geen bekend graf en wordt herdacht op paneel 19L van het Tyne Cot Memorial.
Op 10 augustus 1917 nam de 74ste Brigade deel aan een aanval op Westhoek, ten zuiden van de spoorweg Ieper-Roeselare. Ze vielen aan op een frontlijn van ongeveer 1800 meter (2000 yards) breed, parallel lopend vanaf de Frezenbergstraat vanaf de spoorweg tot aan het kruispunt ten zuiden van de Westhoek, bij Glencorse Wood. De 74ste Brigade viel aan, van links naar rechts, met het 11de Bataljon Lancashire Fusiliers, het 9de Loyale North Lancashire Regiment, het 2de Ierse Rifles en het 13de Bataljon Cheshire Regiment. Deze aanval had twee doelen. Het hoofddoel was de Zwarte Lijn die ten oosten van de Westhoek liep van de spoorweg Ieper-Roeliers tot Glencorse Wood. De Red Line, het tweede doel, lag slechts 100 meter voor de Black Line. Het doel van dit doel was om de mannen te beschermen die de Zwarte Lijn consolideerden.
Om 4:35 uur begon de aanval. Het 13de Bataljon Cheshire Regiment viel in vier golven aan. De eerste golf leed zware verliezen en slaagde er niet in op te rukken. De tweede en derde golf waren in staat de Zwarte Linie te veroveren, hoewel de linkerflank een tijdlang werd opgehouden door een sterk punt ten zuiden van de Westhoek. Dit punt werd uiteindelijk veroverd, maar de linkerflank had veel slachtoffers geleden. Hierdoor was het voor hen onmogelijk om zich aan te sluiten bij het bataljon aan hun rechterzijde tot na het vallen van de avond. Aan het einde van de aanval bezette het 13de Bataljon de Zwarte Lijn, vanaf een punt ongeveer 200 meter van het kruispunt Frezenbergstraat-Grote Molenstraat tot de noordwestelijke hoek van Glencorse Wood. De vierde golf zou naar de Rode Linie gaan, maar kwam onderweg onder zwaar artillerievuur te liggen. Het oorlogsdagboek vermeldt dat slechts één onderofficier en 14 andere militairen de Red Line haalden.
Het front van het bataljon werd beschermd tegen tegenaanvallen door het Hanebeek Vally. Deze rustige beek was veranderd in een 30 meter breed modderveld. Om 9.00 uur echter evacueerden de troepen in Glencorse Wood, waardoor de rechterflank van het bataljon werd blootgesteld aan enfiladevuur vanaf bolwerken in het bos. De troepen hielden deze positie tot ze op 11 augustus 1917 werden afgelost. Het oorlogsdagboek schat dat 50 mannen gedood werden, 266 gewond en 56 vermist tussen 5 en 11 augustus 1917.
Alfred Cottrell, 22 jaar oud, sneuvelde in de strijd op 10 augustus 1917. Lance corporal Cottrell heeft geen bekend graf en wordt herdacht op paneel 19L van het Tyne Cot Memorial.
Bronnen 3
|
13 Battalion Cheshire Regiment (The National Archives, Kew (TNA), WO 95/2246/3). https://www.nationalarchives.gov.uk/ Gebruikte bronnen |
|
74 Infantry Brigade: Headquarters (The National Archives, Kew (TNA), WO 95/2245/2). https://www.nationalarchives.gov.uk/ Gebruikte bronnen |
|
Census Returns of England and Wales, 1911 (The National Archives, Kew (TNA), RG14). https://www.ancestry.com/ Gebruikte bronnen |
Meer informatie 2
|
Commonwealth War Graves Commission Database https://www.cwgc.org/find-records/find-war-dead/casualty-details/1607999 |
|
Namenlijst (In Flanders Fields Museum) https://namenlijst.org/publicsearch/#/person/_id=7031fe60-6eb3-472b-b808-f2b1161394fe |